Wel of geen label?

In mijn werk als ECHA-specialist probeer ik nauw aan te sluiten op de leer- en ontwikkelingsbehoeften van een leerling. Een ‘one size fits all-benadering’ past daar niet bij. In het huidige onderwijs is het soms lastig om ‘op maat’ te kijken naar wat de leerling nodig heeft: de klassen zijn groot en er wordt veel gevraagd van de leerkracht en de leerling. Ik denk graag mee naar wat mogelijk is binnen de school, de klas en thuis en richt me daarbij op wat er al is, en op wat er wél kan. Is het daarbij nodig om de vermoedens van hoogbegaafdheid altijd* te onderbouwen met een IQ-score? Ik denk van niet. Er zijn veel verschillende manieren om te achterhalen of een leerling sneller of complexer denkt, een voorsprong heeft of andere lesstof nodig heeft. En ik ben hier niet de enige in. Dr. Lianne Hoogeveen zegt het als volgt: 

‘Het tot in den treure analyseren of leerlingen al dan niet hoogbegaafd zijn is zonde van de tijd. Laten we met zijn allen vooral direct het kind helpen in plaats van erover te praten. Ieder kind heeft het recht elke dag iets te leren.’

* Er zijn complexe vraagstukken die wel vragen om uitgebreider (intelligentie-) onderzoek. In dat het geval zal ik doorverwijzen naar een orthopedagoog of psycholoog met expertise op het gebied van hoogbegaafdheid. 

Meer lezen? Lees dan het volledige interview met dr. Lianne Hoogeveen.

Ook deze podcast is de moeite waard: