Zeven tips voor het succesvol inzetten van verrijkingswerk op je school

Verrijkingswerk, een kwestie van de juiste materialen aanschaffen... Of toch niet?

Als je op jouw school goed wilt aansluiten bij de onderwijsbehoeften van hoogbegaafde leerlingen, is er veel mogelijk. Er zijn speciale verrijkingsopdrachten en projecten waaraan kan worden gewerkt in de klas of er kan een plusklas (peergroup onderwijs) worden gestart. Misschien ben jij op jouw school wel vol enthousiasme gestart met verrijkingsprojecten of is er een scala aan materialen aangeschaft, maar liep je tegen uitdagingen aan: de leerling pakte het verrijkingswerk niet op en was niet gemotiveerd. Of die leuke verrijkingstaken werden niet structureel ingezet door je collega’s en de materialen liggen nu ongebruikt in de kast. Hoe zorg je dat jouw ideeën over het plusbeleid wél zichtbaar worden in de school? Ik geef je zeven tips om in het nieuwe schooljaar beslagen ten ijs te komen:

  1. Materialen inzetten doe je met een duidelijk doel voor ogen – alleen aanschaffen van verrijkingswerk en uitdagende materialen is niet genoeg. Bedenk dus goed met elkaar met welk doel je de verschillende materialen gaat inzetten. Denk aan: SmartGames voor strategietraining, materialen van Platform Minset voor het ‘leren leren’ of constructie- en bouwmaterialen om te leren samenwerken en overleggen. 
  2. Een plusklas op je school? Zorg voor transfer van de plusklas naar de klas. Bedenk daarom van tevoren al welke maatregelen je gaat treffen zodat het geleerde in de plusklas ook ingezet kan worden in de reguliere klas. Anders blijft het bij die ene ochtend of dat uurtje (aangepast onderwijs) in de plusklas en loop je het risico dat het onderwijs de rest van de week niet voldoende aansluit bij de leerling. 
  3. Stel een kartrekker (bijvoorbeeld een specialist hoogbegaafdheid) aan in je team en werk tegelijkertijd aan basiskennis en -vaardigheden voor álle leerkrachten op je school. Zorg dat de (basis)kennis over hoogbegaafdheid in het hele team up-to-date is. De specialist hoogbegaafdheid kan uitzoeken welke kennis en vaardigheden een groepsleerkracht op dit vlak minimaal moet hebben. Als je dit doet wordt jullie kennis leidend en krijgen vooroordelen minder kans. Benieuwd welke vooroordelen over hoogbegaafdheid op vrijwel iedere school de kop op steken en wat dit betekent voor jullie hoogbegaafde leerlingen? Ik praat jouw team graag bij tijdens een workshop of training.
  4. Zorg voor ruime selectiecriteria voor de plusklas en voor verrijkingstaken en houd oog voor absolute en relatieve onderpresteerders. Bedenk altijd: heeft deze leerling baat bij dit project of bij deze plusklas? Overweeg dan om de leerling toe te laten. Waak ervoor dat de leerling niet ‘eerst moet bewijzen dat hij slim genoeg is of hard kan werken’ om in aanmerking te komen voor verrijkingsstof. Als jij op grond van jouw observaties, input van ouders, signalering via SiDi of DHH of toetsresultaten denkt dat een leerling de uitdaging aan kan, zorg dan dat dit ook gebeurt en maak hier dan ruimte voor in je weekplanning. Let op: verrijkingsstof komt niet bovenop het klassikale werk. Een leerling die verrijkingswerk krijgt, maakt minder opgaven van de klassikale lesstof. Zo wordt overbodige herhaling vermeden en blijft de leerling gemotiveerd.
    Meer lezen over ‘het label hoogbegaafdheid’ en selectie voor een plusklas? Lees het interview met dr. Lianne Hoogeveen.
  5. Ontwikkel samen de kaders voor het plusbeleid op je school. Maak duidelijke afspraken maar houd altijd oog voor maatwerk: niet iedere hoogbegaafde leerling is hetzelfde en heeft dezelfde onderwijsbehoeften. In je beleidsplan staat hoe je signaleert en voor welke leerlingen je verrijkingswerk inzet. Deze afspraken zijn belangrijk en zorgen voor duidelijkheid. Maar een valkuil is dat je je beleidsplan zo ‘dichttimmert’ dat leerlingen die afwijken van de opgestelde regels, niet gezien worden en niet krijgen wat ze nodig hebben. Soms wijken hoogbegaafde leerlingen zo af van wat je op papier hebt staan, dat maatwerk geboden is. Sluit zoveel mogelijk aan bij de individuele onderwijsbehoeften van deze leerlingen. Durf af te wijken van je plan als dat in het belang is van de leerling. Meer lezen over de verschillende profielen van hoogbegaafde leerlingen en de aanpak die daarbij past? Je leest het hier.
  6. Voor leerkrachten geldt: jouw klassenmanagement doet ertoe! Maak een planning. Zorg dat het verrijkingswerk een plek heeft in in je week- en dagtaak. Zorg voor instructiemomenten vooraf en evaluatie (gericht op het eindproduct maar vooral op het proces) achteraf. Zo coach je je leerling en leert hij hoe hij moet leren en hoe hij zijn taak kan aanpakken. Een open deur? Helaas niet: te vaak wordt nog gedacht dat een vlotte leerling geen uitleg nodig heeft. Terwijl het verrijkingswerk bestaat uit uitdagende opdrachten waarvoor de leerling ook instructie en begeleiding nodig heeft. 
  7. Cluster leerlingen in groepjes zodat ze samen kunnen werken. Leerlingen vinden het niet leuk om een uitzondering te zijn. Ook als jij weet dat een leerling op een aantal fronten ver boven het groepsgemiddelde presteert, is het goed om te zoeken naar ‘peers’ of ontwikkelingsgelijken met wie hij samen kan werken aan uitdagende projecten en opdrachten. Dit kunnen leerlingen uit de eigen klas zijn maar ook leerlingen uit andere groepen. Welke mogelijkheden zijn er op jouw school om klasdoorbroken te werken?

    Aansluiten bij jouw pientere leerlingen vraagt niet om een ‘one size fits all-aanpak’ maar om duidelijke afspraken én oog voor maatwerk. En let op: niet de materialen, maar jouw vaardigheden als leerkracht zijn de belangrijkste sleutel tot succes!
    Wil je weten hoe je bovenstaande tips op jouw school kunt toepassen? Neem contact op voor scholing of begeleiding voor je team.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Please reload

Even geduld...